wat moeten minderjarigen doen , als ze niet naar hun pleeggezin terug willen gaan ?

By | May 5, 2025

bron : AI ( niet echt juridisch advies maar wel aanneembaar )

Als een minderjarige in Nederland niet terug wil naar het pleeggezin waar hij of zij eerder verbleef of momenteel verblijft, zijn er verschillende stappen die genomen kunnen worden om deze wens kenbaar te maken en een andere oplossing te zoeken. De procedure hangt af van de juridische situatie (bijvoorbeeld ondertoezichtstelling, voogdij, of vrijwillige pleegzorg) en de reden waarom het kind niet terug wil. Hier is een overzicht van wat een minderjarige kan doen, gebaseerd op algemene richtlijnen en beschikbare informatie:

  1. Bespreek de situatie met een vertrouwenspersoon
    De minderjarige kan zijn of haar gevoelens en wensen delen met een vertrouwenspersoon, zoals een pleegzorgbegeleider, gezinsvoogd, jeugdbeschermer, mentor, of een onafhankelijke vertrouwenspersoon (bijvoorbeeld via JongWijs of de Kinderrechtenhelpdesk). Deze persoon kan helpen om de situatie te verduidelijken, de redenen waarom het kind niet terug wil te onderzoeken, en mogelijke alternatieven voor te stellen, zoals een ander pleeggezin, een gezinshuis, of een terugkeer naar de biologische ouders (indien veilig en haalbaar).
  2. Maak de wens kenbaar aan de gezinsvoogd of jeugdbeschermer
    Als er sprake is van een ondertoezichtstelling (OTS) of voogdij, is er meestal een gezinsvoogd of jeugdbeschermer betrokken. De minderjarige kan duidelijk aangeven dat hij of zij niet terug wil naar het pleeggezin en uitleggen waarom. Redenen kunnen variëren, zoals een gebrek aan klik met de pleegouders, gevoelens van onveiligheid, of een voorkeur voor een andere woonomgeving. De jeugdbeschermer is verplicht om het belang van het kind mee te wegen en kan een andere plaatsing onderzoeken.
  3. Schrijf een brief aan de kinderrechter (voor kinderen vanaf 12 jaar)
    Kinderen vanaf 12 jaar hebben het recht om hun stem te laten horen bij de kinderrechter. De minderjarige kan een brief schrijven aan de kinderrechter van de rechtbank in de regio waar de voogd of jeugdbeschermer kantoor houdt. In de brief kan het kind uitleggen waarom hij of zij niet terug wil naar het pleeggezin en wat de voorkeur is (bijvoorbeeld wonen bij biologische ouders, een ander pleeggezin, of een andere vorm van zorg). De rechter weegt het belang van het kind, zoals veiligheid, stabiliteit, en welzijn, mee in de beslissing.
  4. Onderzoek alternatieve woonopties
    Samen met de pleegzorgbegeleider of jeugdbeschermer kan de minderjarige kijken naar andere mogelijkheden, zoals:
  • Een ander pleeggezin: Als het kind wel in pleegzorg wil blijven, maar niet bij het huidige pleeggezin, kan een nieuw pleeggezin worden gezocht dat beter aansluit bij de behoeften.
  • Terugkeer naar biologische ouders: Als dit veilig en haalbaar is, kan de jeugdbeschermer onderzoeken of een terugkeer naar de ouders mogelijk is, eventueel met ondersteuning.
  • Gezinshuis of kleinschalige opvang: Voor sommige jongeren is een gezinshuis of een andere vorm van residentiële zorg geschikter.
  • Zelfstandig wonen (voor oudere jongeren): Voor minderjarigen van 16 jaar of ouder kan begeleid zelfstandig wonen een optie zijn, afhankelijk van de situatie.
  1. Zoek ondersteuning bij organisaties
    Verschillende organisaties kunnen helpen bij het verwoorden van wensen en het navigeren door het proces:
  • JongWijs: Dit netwerk voor jongeren in pleegzorg biedt advies en ondersteuning. Ze kunnen helpen om gevoelens op een rij te zetten en een plan te maken.
  • Kinderrechtenhelpdesk (Defence for Children): Deze organisatie biedt gratis juridisch advies en kan helpen bij het opstellen van een brief aan de rechter of het indienen van een verzoek.
  • Pleegzorg Nederland: Zij kunnen informatie geven over rechten en doorverwijzen naar de juiste instanties.
  • Kindertelefoon: Voor een luisterend oor of advies kan een minderjarige bellen naar 0800-0432 (gratis en anoniem).
  1. Wees voorbereid op een afweging door professionals
    De kinderrechter, jeugdbeschermer, of pleegzorgorganisatie zal het belang van het kind centraal stellen. Ze kijken naar factoren zoals:
  • De reden waarom het kind niet terug wil (bijvoorbeeld spanningen in het pleeggezin, gebrek aan vertrouwen, of andere problemen).
  • De veiligheid en stabiliteit van alternatieve opties (bijvoorbeeld bij biologische ouders of in een ander pleeggezin).
  • De juridische situatie, zoals wie het gezag heeft (ouders, voogd, of een gecertificeerde instelling).
    Als de pleegouders een blokkaderecht hebben (bijvoorbeeld omdat het kind langer dan een jaar in het pleeggezin heeft gewoond), kan dit de procedure beïnvloeden. De rechter zal dan moeten beslissen of een verplaatsing in het belang van het kind is.

Belangrijke aandachtspunten

  • Leeftijd en inspraak: Kinderen vanaf 12 jaar hebben meer formele inspraak en kunnen zelf een verzoek indienen bij de rechter. Jongere kinderen kunnen hun wensen delen via een vertrouwenspersoon, gezinsvoogd, of pleegzorgbegeleider, maar de uiteindelijke beslissing ligt bij de rechter of de jeugdbeschermer.
  • Documentatie: In een brief aan de rechter is het belangrijk om specifieke redenen te noemen, zoals waarom het kind zich niet prettig voelt in het pleeggezin of welke alternatieven beter zouden zijn. Concrete voorbeelden (bijvoorbeeld spanningen of een gebrek aan band) versterken het verzoek.
  • Veiligheid: Als het kind zich onveilig voelt in het pleeggezin, is het cruciaal om dit meteen te melden aan een vertrouwenspersoon, de Kindertelefoon, of de gezinsvoogd, zodat er snel actie kan worden ondernomen.
  • Tijdigheid: Het proces kan tijd kosten, vooral als er een rechterlijke toetsing nodig is. Het is belangrijk om zo snel mogelijk contact op te nemen met de juiste instanties.

Praktisch voorbeeld

Een minderjarige van 15 jaar die niet terug wil naar het pleeggezin vanwege spanningen met de pleegouders kan het volgende doen:

  • Contact opnemen met de gezinsvoogd of pleegzorgbegeleider en uitleggen waarom hij/zij niet terug wil.
  • Met hulp van een vertrouwenspersoon (bijvoorbeeld via JongWijs) een brief schrijven aan de kinderrechter, waarin wordt gevraagd om een andere woonplek, zoals een ander pleeggezin of een gezinshuis.
  • Samen met de jeugdbeschermer kijken naar alternatieve opties, zoals een nieuw pleeggezin dat beter past.

Contactgegevens

  • Pleegzorg Nederland: www.pleegzorg.nl voor informatie en doorverwijzing.
  • JongWijs: www.jongwijs.nl voor ondersteuning van jongeren in pleegzorg.
  • Kinderrechtenhelpdesk (Defence for Children): www.kinderrechten.nl voor juridisch advies.
  • Kindertelefoon: 0800-0432 (gratis, dagelijks van 11:00-21:00) voor advies of een luisterend oor.
  • Raad voor de Kinderbescherming: Neem contact op via de regionale rechtbank voor advies over een verzoek aan de rechter.

Als de minderjarige meer details kan geven over de situatie (bijvoorbeeld waarom hij/zij niet terug wil, de huidige woonplek, of de juridische context), kan ik een meer specifieke aanpak schetsen. Laat het me weten als je meer informatie hebt!

Leave a Reply